Zo vaak zit de VAR ernaast bij buitenspel en de oplossing is simpel
Elke keer dat de VAR een goal afkeurt omdat de aanvaller een paar centimeter buitenspel staat, heeft de computer in zekere zin een muntje opgegooid. De ene keer is het buitenspel en de andere keer niet. In dit artikel leggen we uit hoe het zit én wat we hieraan kunnen doen.
Het falen van de VAR bestaat in het veelvuldig annuleren van goals waarbij iemand hoogstens een paar centimeter buitenspel staat, terwijl ze dit helemaal niet zo precies kunnen meten
Het falen van de VAR bij buitenspel
Hoe dat zit, werd mooi uitgelegd in een recent artikel in NRC.
Stel: een spits rent met 18 kilometer per uur richting de goal. Dit is gelijk aan vijf meter per seconde of een halve centimeter per milliseconde. Om te kunnen zien of een spits één centimeter buitenspel staat, moet de VAR het moment van de pass tot op twee milliseconden nauwkeurig kunnen vaststellen.
Anders staan de lichamen van de betrokken spelers alweer een stuk verder naar voren of naar achter, waardoor de situatie op beeld niks meer te maken heeft met de werkelijkheid. En dit is precies wat er gebeurt.
Een paar centimeter buitenspel VS. de beeldfrequentie van het scherm
Om het moment van buitenspel te bepalen, is de VAR afhankelijk van een beeldscherm dat 60 beeldjes per seconde kan weergeven. Tussen twee beeldjes zit telkens een gat van 20 milliseconden waarin de werkelijkheid ontglipt aan het scherm. Dit is tien keer zo lang als de toegestane foutmarge om te kunnen bepalen of iemand een centimeter buitenspel staat.
Het stilstaande frame dat overeen zou moeten met het moment van passen, heeft in werkelijkheid tien milliseconden eerder óf later plaatsgevonden. Als we uitgaan van ren gemiddelde afwijking van 5 milliseconden, betekent dat de aanvallende speler in werkelijkheid 2,5 centimeter verder naar voren of naar achteren stond dan op beeld.
Ergo: als Lukaku zijn afgekeurde EK-goal nog eens zou maken op precies dezelfde manier, kan het goed zo zijn dat het dan opeens geen buitenspel meer is. Werkelijkheid wordt dan nét iets anders vertaald naar beeld waardoor de knieschijf van Lukaku precies achter de lijn blijft.
De oplossing voor het falen van de VAR
De oplossing die in NRC wordt geopperd voor de schijnobjectiviteit van de VAR is even simpel als elegant. Bij het bepalen van buitenspel moet de foutmarge worden meegenomen in het voordeel van de aanvallende partij.
Pas als de aanvaller méér dan 2,5 centimeter buitenspel staat, kan met zekerheid gezegd worden dat hij buitenspel staat. Bij een kleiner verschil is het niet vast te stellen. Hierdoor krijgt de aanvallende ploeg het voordeel van de twijfel. Opgelost.
Vorige week maakten we ons al druk over de Olympische Spelen, die steeds saaier worden.